maandag 1 september 2008

[Persbericht] Foutje in Justitiëel Apparaat al 153 jaar onopgemerkt

01/09/2008 - Unhandled Exception in procedure "Aangifte"

Goor – Beroepstukker, ossenhoornblazer en software engineer Arend
Lammertink heeft een "programmeerfoutje" blootgelegd in het
Nederlandse justitiële apparaat. Hij had een paar weken geleden een
wettelijke verplichte aangifte gedaan tegen de regering inzake de
ratificatie van het zogenaamde Lissabonverdrag, maar er blijkt niemand
te zijn die van plan is naar de inhoud van zijn aangifte te kijken.
Volgens Lammertink een typisch voorbeeld van een veel voorkomende fout
in computerprogramma's: een "unhandled exception", een
uitzonderingssituatie die niet wordt afgehandeld, waardoor de zaak
stokt en er niets meer gebeurt.

In het geval van de bewuste aangifte heeft de Hoge Raad inmiddels in
een officiële brief aan de heer Lammerink uitgespraak gedaan. De
uitsprak komt neer op: "ik ben niet bevoegd". De Minister van Justitie
heeft gereageerd met: "Als Minister van Justitie treed ik in de regel
niet in individuele (straf)zaken." De rechter constateert dus dat hij
niet bevoegd is in deze specifieke uitzonderingssituatie en de
wetgever, de programmeur, heeft onvoldoende voorzieningen getroffen om
adequaat op deze uitzonderingsituatie te kunnen reageren.

"Dat is altijd de ellende met exception handling, en helemaal wanneer
je gebruik maakt van programmatuur die door iemand anders is
geschreven. Als je als programmeur dan niet exact weet welke
uitzonderingen die bibliotheek kan rapporteren of hij ziet er één over
het hoofd, dan steekt zo'n uitzondering vroeg of laat de kop op en je
programma houdt er mee op. Met als gevolg dat de eindgebruiker met de
gebakken peren zit. Als de eindgebruiker vervolgens niet klaagt bij de
programmeur, kan zo'n fout jaren blijven zitten", aldus Lammertink.
"In dit geval wordt de plichtsgetrouwe burger geconfronteerd met een
foutmelding, 'ik ben niet bevoegd' of iets in die richting, en er
gebeurt verder niets meer."

Een interessant detail is dat de bewuste uitzonderingsituatie in het
justitiële apparaat zijn oorsprong blijkt te vinden in een wet uit
1855. Kennelijk heeft zich gedurende 153 jaar niemand afgevraagd hoe
het toch kan dat, voor zover bekend, nog nooit een Minister of
kamerlid zich bij de Hoge Raad heeft moeten verantwoorden vanwege
vermeende ambtsmisdrijven. Zijn onze politici dan allemaal zo eerlijk,
of is er ergens iets fout?

Lammertink: "Over de eerlijkheid van politici kan ik me niet
uitspreken, daar zijn rechters en kiezers voor. Maar er zit wel ergens
iets fout, en die fout bestaat er uit dat aanklachten en/of aangiften
tegen de regering en/of kamerleden vanwege ambtsmisdrijven niet door
de rechtsprekende macht in behandeling kunnen worden genomen omdat zij
daartoe niet bevoegd is en de politiek de behandeling niet overneemt,
omdat ze meent dat zij zich niet met de rechtspraak mag bemoeien. Dat
laatste is normaal gesproken ook zo omdat we er voor gekozen hebben
met drie gescheiden machten te werken (wetgevende macht,
rechtsprekende macht, uitvoerende macht) die onafhankelijk dienen te
zijn, maar daarop is één uitzondering gemaakt: ambtsmisdrijven begaan
door leden van de regering of de kamer. Anders zou de rechtsprekende
macht zich immers zo maar met de politiek (wetgevende macht) kunnen
bemoeien en dat wilden we nu net niet hebben."

De politiek wordt dus verondersteld zelfreinigend te zijn en dient dan
ook zelf te beslissen óf er in voorkomende gevallen sprake is van (een
vermoeden tot) een ambtsmisdrijf of niet. Wat er daarom volgens
Lammertink zou moeten gebeuren is dat de Hoge Raad de regering en de
kamer op de hoogte stelt wanneer men constateert dat men over
informatie beschikt waaruit mogelijk strafbare ambtsmisdrijven naar
voren kunnen komen waar men niets mee kan omdat men daartoe niet
bevoegd is. Vervolgens zouden regering en/of kamer kennis moeten nemen
van die informatie en op basis daarvan een besluit moeten nemen over
het nemen van eventuele verdere stappen, zoals het instellen van een
nader (parlementair) onderzoek of de Hoge Raad opdracht te geven de
zaak te behandelen.

Immuun

Als dit niet gebeurt, dan zijn leden van de regering en de kamers in
de praktijk immuun voor rechtsvervolging, zoals ook blijkt uit
jurisprudentie als in de zaak tegen Verdonk en Donner rond de
schipholbrand. Ook hier is er een aanklacht geweest die nooit door
iemand inhoudelijk is behandeld. Dat is echter nooit de bedoeling
geweest. Het was de bedoeling om de rechtsprekende macht er van te
weerhouden zich met politieke aangelegenheiden te bemoeien en niet om
de politiek immuniteit te verschaffen. Het woord is dan ook aan de
politiek om een oplossing tot stand te brengen voor het hiaat dat er
in de uitvoering van de wet is geslopen.

Tot het zo ver is, wordt de plichtsgetrouwe burger geconfronteerd met
een "unhandled exception" van 153 jaar oud. Daar kan Microsoft nog een
puntje aan zuigen...

==========================================================================
Nadere Informatie
==========================================================================

E-mail aan de voorzitters van de vaste kamercommissies voor Binnenlandse Zaken,
Europese Zaken, Justitie en voor Verzoekschriften en Burgerinitiatieven:


Geachte voorzitter,

Op 7 juli 2008 heb ik u middels een e-mail mijn aangifte tegen de
regering inzake de ratificatie van het zogenaamde Lissabonverdrag doen
toekomen. Tot op heden heb ik van u nog geen antwoord noch een
ontvangstbevestiging ontvangen.

Ik heb inmiddels wel een antwoord ontvangen van de Hoge Raad der
Nederlanden en van de Minister van Justitie, waarvan u een tweetal
kopieën als bijlagen aantreft. Ook heb ik een antwoord ontvangen van
de Minister President op mijn eerdere brieven aan Hare Majesteit de
Koningin, waarvan ik tevens een kopie heb bijgesloten.

De Hoge Raad der Nederlanden schrijft dat zij niet bevoegd is om een
onderzoek in te stellen naar eventueel door leden van het kabinet of
van de Tweede kamer begane strafbare feiten, tenzij zij daartoe
opdracht krijgt van de Tweede Kamer der Staten Generaal in het geval
het leden van de regering betreft. Zij kan dus mijn aangifte niet in
behandeling nemen, omdat zij daartoe niet bevoegd is zonder opdracht
daartoe door uw Kamer. Dit blijkt ook uit de door de Hoge Raad
meegezonde jurisprudentie.

De Minister van Justitie schrijft dat hij niet veel voor mij kan
betekenen, omdat hij "in de regel" niet in individuele (straf)zaken
treedt.

Dat betekent dat mijn aangifte door niemand inhoudelijk behandeld zal
worden als uw Kamer daartoe niet het initiatief neemt. Dat is in dit
geval een uiterst onbevredigende constatering. U als medewetgever
heeft mij als burger de verplichting opgelegd om aangifte te doen in
het geval ik kennis heb van bepaalde (vermeende) misdrijven, maar
niemand zal daar iets mee doen. Tenzij uw Kamer hierover een
beslissing neemt, hetzij door mijn aangifte zelf inhoudelijk te
behandelen, hetzij door de Hoge Raad opdracht te geven mijn aangifte
in behandeling te nemen.

Wanneer uw Kamer hieromtrent geen beslissing neemt, dan dient u zich
te realiseren dat u daarmee in feite de regering immuun maakt voor
vervolging vanwege ambsmisdrijven en dat is mijns inziens nooit de
bedoeling geweest van de door de Hoge Raad genoemde uitzondering. Die
uitzondering is er om de rechtsprekende macht er van te weerhouden
zich met de politiek te bemoeien, maar niet om leden van regering
en/of de beide Kamers der Staten Generaal immuniteit te verschaffen
voor rechtsvervolging. Dit is dan ook een belangrijk principieel punt
dat kennelijk al 153 jaar onopgemerkt is gebleven, waardoor er voor
zover mij bekend nog nooit een lid van regering en/of één der beide
Kamers der Staten Generaal terecht heeft gestaan vanwege (vermeende)
ambtsmisdrijven.

Het is mijns inziens dan ook van groot belang dat uw Kamer zich in
ieder geval over dit principiële punt uitspreekt en ik verzoek u dan
ook ofwel mijn aangifte in uw Kamer inhoudelijk te behandelen, danwel
de Hoge Raad der Nederlanden hiertoe opdracht te geven.

Ik verzoek u tevens mij (per e-mail) een ontvangstbevestiging te
sturen en mij mede te delen of u voornemens bent mijn aangifte in uw
commissie te behandelen.

Met vriendelijke groet,

Ir. Arend Lammertink,
Goor.
GSM: +316 5425 6426

De eerdere aangifte met bijbehorende bijlage:
http://www.tuks.nl/docs/Aangifte.pdf
http://www.tuks.nl/docs/Bijlage_aangifte.pdf

Eerdere brieven:

Een tweetal open brieven aan H.M. De Koningin:
http://www.tuks.nl/docs/Open_Brief_HM_Koningin.pdf
http://www.tuks.nl/docs/Open_Brief_HM_Koningin_2.pdf

Achtergrondartikel "Europa: Geen democratie als zodanig":
http://www.tuks.nl/docs/Geen_Democratie_als_zodanig.pdf